Zowel de Test als de Zelfevaluatie zijn vormen van formatieve zelftoetsen. De docent gebruikt zelftoetsen om studenten in staat te stellen hun kennisniveau te testen. Een zelftoets kan meerdere typen open en gesloten vragen bevatten, waarbij gesloten vragen automatisch nagekeken worden.
Een Test leent zich beter voor situaties waarin de docent ook inzicht wilt krijgen in het kennisniveau van de studenten. Een Zelfevaluatie wordt ingezet als leeractiviteit voor de student om zelf het eigen kennisniveau te testen zonder tussenkomst van de docent.
In beide gevallen gaat het om formatieve zelftoetsen die niet beoordeeld worden.
Er zijn twee belangrijke verschillen tussen Tests en Zelfevaluaties:
- De inzage in de resultaten
Bij een Zelfevaluatie ziet een docent niets van de resultaten , ook niet of een student de vragen beantwoord heeft. Een zelfevaluatie wordt niet opgeslagen.
Bij een Test krijgt een docent uitgebreide statistieken te zien.
- De manier waarop studenten eventuele feedback op hun vragen zien.
Bij een Zelfevaluatie ziet je direct na het beantwoorden van een vraag of deze juist of onjuist is beantwoord en wordt de feedback getoond die de docent heeft toegevoegd. De zelfevaluatie wordt niet opgeslagen en je kunt achteraf niet controleren welke antwoorden je gegeven hebt.
Bij een Test zie je de feedback pas na indienen van de volledige test. Dat kan zijn onmiddelijk na indienen zijn of op een later tijdstip als de docent dat zo heeft ingesteld..
Of en welke feedback je ziet, hangt ervan af hoe de docent dat heeft ingesteld.